De charme van Laos…
Als er één fietsland is die er tot dusver met kop en schouders bovenuit steekt, dan is het wel Laos. Op mijn lange fietsdag van Tashi naar Pakha (goed voor een afstand van 162 km) kon ik het aantal wagens op twee handen tellen. Aan de staat van het wegdek zal het zeker niet hebben gelegen, want die werd pas een jaar geleden volledig heraangelegd. Dat je nog vrij veel verkeersluwe wegen aantreft in Laos heeft onder meer te maken met zijn geringe bevolkingsdichtheid (6 miljoen), maar evenzo met de vrij lage levensstandaard. Naar schatting 30% leeft onder de armoedegrens. Overleven is voor vele Laotianen een dagelijkse ‘struggle for life’. Daarenboven kent de kloof tussen arm en rijk een gigantische discrepantie die met de jaren alleen maar zal toenemen. De kleine binnenlandse afzetmarkt en het gebrek aan geschoold, leidinggevend personeel is nefast voor de ontwikkeling van de industrie. Slechts 3% van de Laotiaanse beroepsbevolking verdient er zijn boterham mee. Om de geringe economie van het land een boost te geven, worden buitenlandse investeerders met open armen ontvangen. Goed bemiddelde Chinezen nemen de laatste jaren het aanbod hartelijk aan. Ze zijn vooral actief in de kleding- en textielbusiness, alsook in de houtverwerkende industrie. Vooral dat laatste laat duidelijk zijn sporen na in het landschap. Hele bergruggen zijn nu al kaalgeplukt. De overheid lijkt zich weinig zorgen te maken over de houtkap, want het zijn precies de Chinezen die zorgen dat de wegeninfrastructuur verder wordt uitgebouwd. Een win-win situatie, maar dat Laos in de toekomst zuur zal opbreken. Armoede en economische recessie doen overheden te vaak grijpen naar de uitverkoop van hun erfgoed. Een trend die zich ook volop aan het voltrekken is in heel wat EU-lidstaten. Nationale parken, kastelen, eilanden, zelfs nationaliteiten worden tegen harde valuta verkocht. Misschien had ik beter mijn reiscenten gestoken in de aankoop van een idyllisch eilandje?
De voorbije dagen werden opgevrolijkt door kleine tafereeltjes, historias minimas, die elke fietsdag weer net iets anders doen verlopen. Mijn pedaalritme werd gedomineerd door het dagdagelijkse leven langs de kant van de weg: tol spelende kinderen, mandenvlechters, vrouwen die cassave versnijden en te drogen leggen, een tjokvolle schoolbus, motorrijders die hun tweewieler overladen met een halve bananenplantage, … Het zijn precies die kleine inkijkjes in het gewone bestaan die een fietsreis zo anders maken en je een beeld geven van de aanwezige couleur local. Een gevoel dat ook duidelijk gedeeld werd door Eric en Adrie. De twee fitte zestigers afkomstig uit Gent waren voor vijf weken met de fiets op verkenning in het zuiden van Laos. Vroeger deden ze voornamelijk trektochten met de rugzak, maar sinds enkele jaren hebben ze de stapschoenen ingeruild voor fietsschoenen. We verbleven toevallig in hetzelfde guesthouse (nu ja, als er maar één is in de wijde omtrek, dan is toeval natuurlijk relatief). Hun avontuurlijke verhalen over het zuiden van Laos deden me die avond beslissen om mijn reisroute behoorlijk ondersteboven te gooien. Alweer een voordeel van een fietsreis…
Ook de plaats waar ik de overgang van oud naar nieuw doorbracht, werd mede bepaald door de tip van de twee Gentenaars. Niet dat de plek iets bijzonders te bieden had op die speciale avond, integendeel zelfs. Op wat doffe vuurwerk knallers na was er in het dorpje NaHin nauwelijks iets te beleven. De reden van mijn verblijf was de attractie die ik op Nieuwjaarsdag mocht beleven: de Kong Lor grot. Het bijzondere aan deze locatie is dat de Nam Hin Bur rivier er over een afstand van 7,5 km doorheen stroomt en dat de ontdekking ervan enkel per boot kan gebeuren. Gewapend met m’n ledlamp scheepte ik samen met twee andere toeristen in. De smalle houten kano -op toerental gebracht door een grasmaaier- knalde zich een weg doorheen de pikdonkere, spelonkachtige ruimte. De bootsman kende, ondanks het geringe lichtschijnsel van zijn zaklamp, het parcours duidelijk uit zijn hoofd. Godzijdank. Een korte wandeling halverwege de tocht gaf ons de mogelijkheid om de bijzondere stalactieten en stalagmieten van dichtbij te bewonderen. De blauwe en oranje spots gaven het geheel een mysterieus tintje. Op de terugweg ontdekte ik dat men druk bezig was met de aanleg van elektriciteit. Jammer want de charme van de grot wordt mede bepaald door de volstrekte duisternis. Het gebeurt geruisloos, maar Laos is druk in de weer om het toerisme aan te zwengelen. Ik kan alleen maar hopen dat dat niet ten koste zal gaan van de warme charme die Laos zo liefdevol uniek maakt.