Geloof en bijgeloof zijn eeuwen oud. Tekens, gebruiken, rituelen en gewoontes zijn in diverse culturen doorgedrongen tot het dagelijkse leven. Ook bij ons zijn ze algemeen goed geworden. Denken we maar aan de zwarte kat of het lopen onder een ladder. Ook dieren maken vaak deel uit van de symbolische wereld. Zo staat de vogel in verschillende culturen bekend als geluksbrenger en symboliseert die een lang leven.
Ook in Laos leeft deze symboliek. Met de komst van het toerisme wordt daar handig op ingespeeld. Wie in Luang Prabang de Mount Phousi (in de volksmond Pussy Montain genoemd) beklimt, wordt voor het bestijgen van de eerste treden vriendelijk aangesproken door enkele Laotiaanse dames. Aan hun hand bengelt steevast een rieten mandje met daarin een vogeltje. Als je vanop de top van de kleine heuvel de vogel loslaat, lacht voorspoed je tegemoet. Ik laat me uiteindelijk overhalen om er eentje te kopen. Niet zozeer omdat ik geloof hecht aan het bijgeloof, maar eerder om de zielige vogel uit zijn benarde situatie te redden. Eenmaal de vogel bovenaan terug zijn vrijheid krijgt, word ik overspoeld door een bevrijdend gevoel. Heb ik hier het verleden losgelaten om opnieuw het geluk te vinden?