14/06/2014: Toeristische troefkaarten

Garni en Geghard

De toeristische troefkaarten van Armenië liggen verspreid als op een ganzenbord. Een verkeerde worp laat je rechtsomkeer maken, maar geef je meteen ook het voordeel dat je op een ander vakje kan terechtkomen. Reizen in Armenië is een beetje idem dito. De bezienswaardigheden liggen er zelden op één rechte lijn. Onze stalen ros zwalpt dan ook van links naar rechts, in de hoop zoveel mogelijk op één fietsdag te ontdekken. We stellen vooraf een lijstje samen van wat ons interessant en vooral haalbaar lijkt, maar vaak moeten we al halverwege de dag gaan bijsturen. De te overbruggen hoogtemeters laten soms geen spaander heel van onze vooropgestelde doelstellingen. Er zijn dagen dat onze kilometerteller lijkt stil te staan. In gezamenlijk overleg hebben we dan ook besloten om langer in Armenië rond te fietsen.

Het besluit heeft ons plots het gevoel een zee van tijd te hebben. In plaats van meteen koers te zetten naar het grote Sevan meer, sturen we onze fiets in de richting van twee toeristische toppers: de tempel van Garni en het klooster van Geghard. We vertrekken voor dag en dauw in de hoop om de zondagsmis mee te kunnen pikken. Niet zozeer het liturgisch gedeelte boeit ons, wel de -als we onze reisgids mogen geloven- fluwelen stemmen van het vrouwenkoor. Maar dat is echter weer eens buiten de waard gerekend van het bergachtige Armenië. Pas rond kwart over elf arriveren we er, totaal leeg gefietst. We hebben echter geluk, want de viering is nog volop aan de gang. Terwijl we op adem komen, verdampen onze zweetdruppels door de warme klanken. De geleverde inspanningen smelten weg met de hemelse gezangen. We krijgen er haast koude rillingen van, zo enig mooi weerklinkt het. Buiten heerst een drukte van jewelste. Het Geghard-complex dat bestaat uit een aantal kerken en graven is -mede door de toekenning als Werelderfgoed door Unesco- uitgegroeid tot een favoriete eendagsbestemming. Aan de ingang hebben marktventers post gevat en proberen ze hun prullaria te slijten aan de vele bezoekers. Wij hebben meer oog voor de ‘khachkars’, gegraveerde en gedecoreerde grafstenen, voornamelijk in kruisvorm. Hun aanwezigheid sterkt bij wetenschappers het vermoeden dat het klooster tijdens de Middeleeuwen fungeerde als een soort spiritueel en cultureel centrum.

Even indrukwekkend is de Garni tempel. De aanblik van deze zonnetempel met Ionische zuilen doet ons heel even in Griekenland wanen. We verbazen ons vooral over de nauwkeurigheid waarmee men dit bouwwerk heeft kunnen heropbouwen. Net als op zovele plaatsen in Armenië ontsnapte ook deze regio niet aan een aardbeving. In 1679 werd het nagenoeg geheel verwoest. Pas bijna 300 jaar later werd er werk gemaakt van de wederopbouw. De hoge ligging boven de Azatvallei biedt ons ook een uitzonderlijk panoramisch uitzicht. De zware fietsinspanningen vergen vaak het uiterste van onze krachten, maar keer op keer worden we dubbel en dik beloond. Daarenboven beseffen we eens te meer dat we deze morgen bij het vertrek het juiste aantal ogen hebben gegooid…