zwart-wit foto’s…
Pavel heeft besloten om nog een eindje mee te fietsen. Na gezamenlijk overleg valt onze keuze op Batumi, de grootste kustplaats van Georgië. We opteren om niet de grote, klassieke weg te nemen, maar stippelen een route uit die dwars doorheen de bergen loopt. Het belooft een pittige tocht te worden, maar met 28.000 km in de fietsbenen kan dit geen probleem opleveren. Alhoewel, zeg nooit nooit…
Pavel is op zijn zachtst uitgedrukt een aparte kerel te noemen. Geboren in 1984 als enig kind van het gezin Yudov – Medvedeva. Over zijn jeugdjaren praat hij liever niet. Beelden van huiselijk geweld ten gevolge van zwaar alcoholgebruik kleuren zijn netvlies. In het lichtschijnsel van het knetterend kampvuur lijken zijn ogen nog doffer dan overdag. Alleen wanneer hij over zijn grootvader praat, zie ik fonkelingen in zijn ogen. Honderduit vertelt hij over hoe zijn grootvader hem leerde fietsen; met engelengeduld en meteen op een veel te grote fiets, want Pavel mocht niet kind zijn. Pavel was gedoemd om meteen volwassen te worden, te midden van gebroken glas en verschraald bier. Vanuit zijn slaapkamer op de 12de verdieping van een troosteloze flat staarde hij nachtenlang naar de sterren, wachtend op de moeder die niet kwam of op de politie die zijn vader opnieuw kwam ophalen.
Op zijn vijftiende sloeg het noodlot pas echt toe. Tijdens verbouwingswerken miste zijn grootvader de trede van een ladder. Sindsdien ligt hij vastgekluisterd aan zijn bed en wordt hij verzorgd door zijn inmiddels ook hulp behoevende grootmoeder. Een uitzichtloze situatie. Contact met zijn ouders heeft hij nagenoeg niet, met zijn stiefbroer en twee stiefzussen al helemaal niet. Op één van de lange avonden diept hij uit zijn fietstassen een stapeltje zwart-wit foto’s. Portretfoto’s van zijn grootvader, voor het ongeval. Maar ook foto’s die een inkijk geven in zijn jeugdjaren. Momentopnames met een hoog reportagegehalte. Een half lege fles wodka met op de achtergrond het wazige beeld van een lichaam. Een overbelichte foto van de inkomhal van een appartementsgebouw, met in de verte het silhouet van een politiewagen. Helemaal achteraan, de laatste foto -alsof hij die liever niet had willen tonen- het portret van zijn ouders. Een man en een vrouw, schouder aan schouder, recht kijkend in de lens met een geforceerde glimlach om de lippen. Twee mensen die al jaren van elkaar zijn vervreemd. De foto’s vormen een blauwdruk van een tijd die hij liever wil vergeten.
De liefde voor de fotografie heeft hij ook meegekregen van zijn grootvader. Hij leerde Pavel hoe hij foto’s moest ontwikkelen. Dagenlang zaten ze samen in de donkere kamer. Gespannen keken ze toe hoe de witte, kartonnen vellen in het fixeerbad veranderden in beelden. Voor zijn grootvader was een foto pas geslaagd als je er een gans verhaal kon rond vertellen. Foto’s met een ziel… Sindsdien is de passie voor het beeld bij Pavel alleen maar toegenomen. In zijn thuisland werkt hij als freelance fotograaf en gaat hij steeds op zoek naar het gepaste beeld, het gepaste verhaal. Tijdens zijn fietsreis is dat niet anders. Gelukkig kleuren de beelden tegenwoordig iets vrolijker dan voorheen…