samenvallende puzzelstukken
Reizen kan je op velerlei manieren en dan heb ik het niet zozeer over de manier van verplaatsen, maar eerder over de wijze waarop je een reis beleeft. Voor de meerwaarde zoeker verloopt een reis vaak in drie etappes. Er is de voorbereidende fase thuis, er is de daadwerkelijke reis en er is de nabeschouwing, eenmaal terug van weggeweest. De duur van de diverse etappes is voor eenieder anders. Door de jaren heen heb ik gemerkt dat ik -vaak uit tijdsgebrek- te weinig investeer in de allereerste fase. Zeker als je lang op reis gaat, is het geen evidentie om maanden (jaren) vooraf je grondig te verdiepen in de landen die je zal aandoen. Te meer omdat een reisroute (zeker per fiets) onderhevig is aan zoveel factoren en niet rechtlijnig af te bakenen is. Zo stond Armenië aanvankelijk niet op mijn landenlijstje. Het is pas toen John met dit voorstel op de proppen kwam dat Armenië een plaatsje kreeg in mijn reistraject. Een land ‘onvoorbereid’ leren ontdekken, is niet altijd even gemakkelijk, zeker als je de landstaal niet machtig bent. Anderzijds zorgt het niet voorbereid zijn ook voor de nodige verrassingen. Je leert al reizend een land kennen. Puzzelstukjes worden je aangereikt en al fietsend ga je op zoek naar het bijpassende, ontbrekende stuk. De puzzel vertoont vaak grote hiaten, maar gaandeweg vang je flarden op, ontdek je sporen die leiden tot een zekere houvast. Beetje per beetje worden de contouren van de landkaart zichtbaarder en vallen meer en meer puzzelstukken samen. Het patchwork van Armenië begint na drie weken reizen aardig mooi te kleuren…
Zo blijven we ons verbazen over de hoeveelheid kerken en kloosters die we op onze route tegenkomen. Opvallend is dat er niet alleen heel wat kerken in de steigers staan, maar dat er ook aardig wat nieuwe gebedsplaatsen uit de grond rijzen. We hebben zo een beetje het gevoel dat de Katholieke kerk geld, noch moeite spaart om zieltjes te winnen. Ze voelen duidelijk de moslim adem van buurlanden Turkije en Azerbeidzjan in hun nek. Het lijkt wel een beetje op een ‘Delhaize – Albert Heijn’ duel…
Op geschiedkundig vlak krijgen we enkele puzzelstukken aangereikt door een toevallige passant. Armand woont al 20 jaar in Antwerpen, maar komt nog elk jaar zijn familie in Armenië bezoeken. Zijn Belgische nummerplaat is een herkenbaar aanknopingspunt voor een onderhoudend gesprek. Hij vertelt ons over de toestand in Nagorno Karabach dat na een onafhankelijkheidsoorlog met Azerbeidzjan (1988- 1994) een onafhankelijke republiek is geworden. Internationaal wordt het door niemand erkend, maar kan het wel rekenen op de steun van Armenië. Het geweld in de regio laait nog vaak op. Het zijn vaak jonge militairen (in Armenië moet elke jongeman twee jaar legerdienst vervullen) die er de orde moeten handhaven. De twistappel is voor Azerbeidzjan de directe aanleiding om de grens met Armenië volledig af te sluiten. Het isolement van Armenië is ook voelbaar ten westen waar het grenst aan Turkije. De roep om internationale erkenning voor de Armeense genocide (1915) -toen zowat de helft van de bevolking werd uitgemoord- was voor Turkije voldoende om zijn grenzen te sluiten. Daarenboven eist Turkije de terugtrekking van de Armeense troepen in Nagorno Karabach. Armenië bevindt zich dus een beetje tussen hamer en aambeeld. Het isolement heeft zware economische gevolgen. Arman heeft toe dat hij met lede ogen aanziet hoe zijn geboorteland jaar na jaar erop achteruit boert. “De politieke impasse is een probleem, maar het apathisch karakter van de Armeniërs is een ander probleem. Mijn landgenoten berusten teveel in hun lot. Het ontbreekt hen aan levenskracht…” Armand bekijkt de situatie natuurlijk vanuit zijn Westerse visie, want na twintig jaar is hij een tussenpersoon geworden. Iemand die nergens nog echt thuis hoort, noch in België, noch in Armenië. Vooral dat laatste doet hem pijn. “Hier in Armenië zeggen ze dat ik niet meer bij hen hoor en in België word ik nog steeds bestempeld als vreemdeling…” De ontmoeting met Armand doet me nog eens beseffen hoe onverdraagzaam de wereld in elkaar zit.
Door de weinig gunstige economische situatie, staat het aanzwengelen van het toerisme in Armenië niet heel hoog op de politieke agenda. Daar zou de komende jaren misschien wat verandering in kunnen komen. Het Werelderfgoedcomité van UNESCO heeft eind de jaren negentig een aantal kloosters de nodige erkenning gegeven. Wij bezoeken er het klooster van Haghpat (10 de eeuw). Deze religieuze site van de Armeens-apostolische Kerk straalt -mede door de grondige renovatie en zijn mooie ligging- grootse klasse uit. De aparte klokkentoren, de wondermooie khachkars -gebeeldhouwde gedenkmonumenten met een kruis in het midden-, de koepelvormige gewelven,… Het draagt allemaal bij tot de sereenheid van het complex. Wanneer we ter afsluiting van de lange fiestocht nog het klooster van Akhtala met zijn wondermooie fresco’s bezoeken, kunnen we alleen maar hopen dat Armenië alsnog de toeristische kansen krijgt dat het verdient…
Hoezo onvoorbereid? Volgens mij hadden we je een prachtige track gestuurd 😉